Veel mensen denken vooral bij katten aan een sterk jachtinstinct, maar honden hebben ook aangeboren jachtgedrag, dat zij van hun wolvenvoorouders hebben geërfd. Historisch gezien werden honden gewaardeerd om deze eigenschappen, omdat ze de mens hielpen bij de jacht en ter bescherming. Naarmate honden meer als huisdieren werden gehouden, kan hun jachtinstinct soms problemen geven, vooral als de drang om kleinere dieren na te jagen of te vangen botst met het leven in stedelijke of voorstedelijke gebieden in Nederland.
Elke hond heeft een zekere mate van jachtinstinct, vaak zichtbaar als de drang om wegvluchtende dieren na te jagen. Hoewel veel huishonden door vroege training minder jachtgedrag vertonen, behouden sommige rassen en individuele honden een sterke jachtdrift. Dit kan zich uiten in het zeer gericht achternazitten van prooidieren, waarbij ze soms kleinere dieren vangen en doden.
Vroege training is de beste methode om jachtimpulsen te beheersen, maar genetische aanleg varieert per hond. Rassen met een jachthistorie, zoals de Greyhound pups en Whippet pups (windhonden) en terriërs van allerlei groottes, vertonen vaak een aanzienlijk sterker jachtinstinct. Kruisingen met zulke rassen kunnen vergelijkbaar gedrag laten zien. Toch kan elke hond, ongeacht het ras, een verhoogde prooidrift hebben, daarom is observatie per hond belangrijk.
Eigenaren van honden met een jachtinstinct moeten hun verantwoordelijkheid erkennen. In Nederland is een eigenaar strikt aansprakelijk voor schade die een hond veroorzaakt aan andere dieren, zoals vee of beschermde diersoorten. Gemeenten kunnen regels opleggen over het aanlijnen van honden, zeker tijdens het broedseizoen van in het wild levende vogels. Bij verwaarlozing kan een eigenaar vervolgd worden en kan zelfs sprake zijn van rechtmatige acties tegen honden die vee aanvallen.
Overweeg bij het kiezen van rassen met een sterke prooidrift zoals terriërs, windhonden of Nederlandse rassen met jachtachtergrond goed of u voldoende tijd en kunde hebt voor de benodigde training en beheersing, zodat iedereen veilig en gelukkig blijft.
In Nederland zijn er meerdere hondenrassen met een duidelijk jacht- of werkachtergrond die vaak een sterke prooidrift tonen. Voorbeelden zijn het Kooikerhondje pups, een klein jachthondje dat oorspronkelijk werd gefokt als eendenlokker, en het Friese Stabij pup, een allround jachthond. Andere typische jachthonden zijn de Drentsche Patrijshond pups en Wetterhoun pups. Ook Nederlandse herdershonden zoals de Hollandse Herder pups kunnen een jachtgeoriënteerde drang vertonen, vooral in actieve bloedlijnen.
Hondenbezitters in Nederland worden aangespoord tot vroege socialisatie en betrouwbare gehoorzaamheidstraining, inclusief terugkomcommando’s. Impulscontrole, zoals het leren negeren van verleidingen via commando’s als "los" of " blijf", wordt veel toegepast. Het gebruik van een leiband of lange lijn is vaak verplicht in natuurgebieden en tijdens het broedseizoen. Omheining van privéterreinen voorkomt dat honden in de vrije natuur schade aanrichten. Fokkers worden geadviseerd gezondheidschecks uit te voeren om erfelijke afwijkingen die invloed kunnen hebben op gedrag of het uithoudingsvermogen van jachthonden te voorkomen.
Daarnaast wordt deelname aan rasverenigingen en veldwedstrijden gestimuleerd om natuurlijke driften posities te kanaliseren in zinvolle en gecontroleerde activiteiten.