Komondor

Uiterlijk en gewicht:

De komondor heeft een robuust lichaam. Hij heeft een dichte, viltige, lange, ivoorkleurige vacht. De oren zijn middelhoog ingeplant. Reuen hebben een schofthoogte van 70-80 centimeter, teven van 65-70 centimeter. Reuen bereiken een gewicht van 50-60 kilogram, teven van 40-50 kilogram.

Inzet:

De Komondor is een Hongaarse Herdershond die wordt ingezet om vee te bewaken, ook werd dit ras gebruikt als waakhond. Door zijn dikke wollige vacht raakte de hond niet snel gewond tijdens gevechten.

Karakter en opvoeding:

De komondor is een zelfstandige en dominante hond. Hij is waaks, moedig, sociaal, trouw en blaft enkel als het nodig is. Hij is wantrouwig tegenover vreemden. De Komondor is niet makkelijk om op te voeden, het is een erg zelfstandig hond die zich alleen laat leiden door een consequente baas. Het heeft snel de neiging zijn eigen gang te gaan en de baas te negeren. Door zijn lange zware vacht is dit ras ongeschikt om fanatiek sportieve activiteiten te beoefenen, de hond heeft weinig lichaamsbeweging nodig. Zijn opvallende vacht heeft veel verzorging nodig, vooral als het met slecht weer naar buiten gaat. Het duurt lang voordat de vacht is opgedroogd en moet vaak met een doek worden gedroogd. De vacht verliest weinig haar, alleen kan het vuiligheid van buiten mee naar binnen nemen.

Verzorging:

De komondor wordt nooit geborsteld of gekamd, zodat zich de rastypische viltige vacht kan vormen. Wanneer men de hond wil wassen of baden moet er rekening mee worden gehouden dat de vilt lange tijd nodig heeft om te drogen.